Presentatie 'Stad op de schop' een kanjer van een boek !

Printerversie
Gepubliceerd op: 21-11-2019 | Gewijzigd op: 05-12-2019

In een volle zaal van het Groot Tuighuis werd donderdagmiddag 21 november 2019 ‘Stad op de schop’, een kanjer van een boek gepresenteerd. Kanjer qua formaat, gewicht, en zeker gezien de inhoud.'Stad op de schop'is een vastlegging van 40 jaar Bossche archeologie. Kortom een knoepert van een boek, erg leesbaar met tal van plaatjes en verduidelijkende teksten bij  duizend  foto's en andere illustraties waaronder artist impressions van Den Bosch, zoals het heel vroeger was..
...
-Hierboven: De drie wethouders die in hun ambtsperiode er toe hebben
bijgedragen dat dit boek over 40 jaar archeologie in de stad er kon komen.
Naast Bert Pauli [middenin] Huib van Olden, uiterst links archeoloog
Eddie Nijhof, toenmalig wethouder Roderick van de Mortel, archeoloog
Frederiek Schipper en uiterst rechts archeoloog Ronald van Genabeek.

Onder:  De bomvolle zaal van het Groot Tuighuis
met betrokkenen, relaties en vrienden van de redactie
van het paar kilo's wegende  boek 'Stad op de schop'. 
Uiteraard onder hen ook collegae van Erfgoed en van de gemeente.
 

foto's © paul kriele, 21 november 2019.  
 
....

Het is aan drie wethouders Roderick van de Mortel, Bert Pauli en Huib van Olden te danken dat deze finale is bereikt. Dat bleek uit een terugblik 1977-2017 van het hoofd Erfgoed Dieke Wesslingh. ‘Ook zijn twee stadsdirecteuren en vijf afdelingshoofden van de afdeling Erfgoed, voorheen de BAM, overleefd om tot dit kloeke eindresultaat te komen,’ aldus Wesslingh.
 
...
-Boven: De drie wethouders aan wie het te danken is dat de uitgave
toenterijd is door kunnen gaan. Anderen waren twee sectordirecteuren
en vijf afdelingshoofden, zo vertelde Dieke Wesslingh van Erfgoed. Te weten: 
Hans Meester, Martin Nooijens, Anneke Krop, Kees van Weert en Dieke zelf. 
-Onder: Lijst van medewerkenden. Onder hen 
ontbreekt nog Feike Keijzer van Bookdesign voor de opmaak.


foto's © van scherm.
...

Hans Janssen, in 1972 de eerste Bossche stadsarcheoloog, kreeg in 1977 de opdracht uit een wetenschappelijke synthese van de archeologische projecten samen te stellen. In zijn inleiding gaf mede-auteur Ronald van Genabeek een inkijk in de tot stand koming van ‘Stad op de schop’.
Aanleiding was het naderend pensioen van Hans Janssen in 2012. De archeologen diende zelf hun onderzoeken uit te werken. Maar die opzet heeft niet tot een synthese geleid. Waarop Ronald van Genabeek die opdracht overnam. Maar omdat hij de eerste onderzoeken niet had meegemaakt is niet de weg van wetenschappelijke uitgave, maar voor een veel toegankelijker publieksboek gekozen.
 
............... 
-Hierboven en onder aan: Illustraties uit het boek 'Stad op de schop'.
Met onder meer rechts onder de eerste Bossche haven uit ongeveer 1250, daar waar
nu  ongeveer de Tolbrugstraat loopt .Het is een van de
vele natuur getrouwe artist impressions van Paul Becx.  

-Hieronder: De eerste Bossche stadsarcheoloog Hans Janssen, die in
 -op aandringen van Ad van Drunen - in 1980 zijn vaste aanstelling
kreeg. Maar in het vooruitzicht van zijn pensionering de
opdracht voor dit boek kreeg. Maar dan in wetenschappelijke zin. .
..

foto' s © van scherm 
...
......

Bij die aanpak moest de uitgave minder wetenschappelijk, dus populairder van opzet worden. Dat betekent veel plaatjes, veel toelichting bij de 1.000 foto’s en illustraties prachtige, artist impressions van eeuwen terug, alsof het foto’s zijn. Ze lijken op oude schoolplaten van situaties de vroegere lagere scholen. Het redactieteam bestaat uit de archeologen Eddie Nijof, Frederiek Schippers en Ronald van Genabeek, aangevuld met Dick de Vrie en Harmke Nijhof voor de verklarende tekeningen die bij de opgegraven voorwerpen worden geplaatst. Die factoren en betaalbaar en het aspect nieuws zijn in de aanloop door het redactieteam als doel van de uitgave bepaald.

Buiten deze namen noemt Ronald van Genabeek in zijn toelichting de naam van Johan Freling. Deze BAM-medewerker overleed onlangs. Van Genabeek:’Freling heeft in de aanloop een belangrijke rol gespeeld. Johan drong bij ons aan op een volumineus boek’.
 




Aan collega Johan
Treling [* 1949] , die onlangs overleed, werd een speciaal eerbetoon betuigd. 'Treling drong er op aan vooral een
volumineus boek te maken,  aldus Ronald van Genabeek
.
 

Dieke Wesselingh ging in haar welkom ook naar de situatie van een opstartende afdeling archeologie. Wesselingh zei op deze bijzondere dag erg trots te zijn. Niet alleen als hoofd Erfgoed, maar ook als een ‘verstopte archeoloog’, zo gaf zij haar voorgeschiedenis even prijs. In 1977 maakte Hans Janssen, spoedig erna ook met Ad van Drunen gebruik van een computer, de eerste bij de gemeente, een knots van een apparaat. Onder mee met die hulp mochten de eerste archeologen* zich in de gemeentelijke organisatie nestelen. Wesselingh: ‘En wat zij daar met haar werk heeft opgeleverd over de Bossche mens, zijn leven, zijn werk en zijn gewoonten. *De eerste echte archeoloog in Den Bosch, waarnaar Van Drunen had gevraagd, Hans Janssen, kreeg in 1980 zijn vaste aanstelling. De opgravingen op de Markt was zijn eerste project dat samen met Eddie Nijhof, die in 1979 het team kwam versterken, werd uitgevoerd. Wesslingh zei nogmaals enthousiast te zijn met het een paar kilo’s wegende ‘Stad op de Schop’, omdat het ze het resultaat vanuit Stadsontwikkeling en vanuit Erfgoed bekijkt. En daar tegelijk aan toe voegt: Stadsontwikkeling kan niet zonder archeologie. Bij archeologie gaat het bijvoorbeeld om steeds toevoegende lagen, archeologisch onderzoek, bouwhistorie, geschiedenis en mondeling vertelde geschiedenis.

Roos van Oosten hoofddocent aan de Leidse Universiteit over middeleeuwse en stedelijke archeologie, richtte zich met haar toelichting bij de verschijning van het boek, op de drie documentaties die in de wereld van de archeologie gangbaar zijn:De stadsbiografie, de historische monografie en de cartografische stadsmonografie. Met dit boek is Den Bosch op weg naar een nieuwe traditie. Van Oosten maakte via grafieken duidelijk dat Den Bosch opvalt als het gaat om opgravingen gaat. Alleen Amsterdam heeft een zeer uitgebreide stadsmonografie. In Leiden is het droevig gestel. Duizelig om moedeloos van te worden zo citeerde de docent ene Reinoud. Maar van een stadsmonografie had Bergen op Zoom de primeur. Van Oosten excuseerde de archeologen van toen omdat er geen tijd was voor publicaties. Maar het waren wel de Gouden Jaren van archeologisch onderzoek. De universitair docent deelde nog meer complimentjes uit. ‘Den Bosch is een stad van archeologie. En er volgt nog een prachtig boek uit ook.. In haar boek over archeologie steekt Den Bosch boven Leiden [kleine huisjes] en New York [beperkte illustraties] uit. Dit boek straalt een plezier uit, een vakmanschap. Het geeft een zekere magie , een historische sensatie, aldus Van Oosten.
 
....
-Hierboven: vlnr. Harmke Nijhof die bij de gebruiksvoorwerpen de verduidelijkende tekeningen maakte. Dan haar echtgenoot archeoloog Eddie Nijhof en dan de vier  opeenvolgende wethouders Roderick van Mortel, Bert Pauli en Huib van Olden. Rechts de nieuwe directeur Stadsontiwkkeling Rob Kleijwegt

-Hieronder:  vlnr. Ronald van Genabeek, hoofddocent
aan de Leidse universiteit middeleeuwen en
stedelijke archeologie Roos van Oosten en dan archeloog Frederiek Schipper
.

foto's © paul kriele,  21 november 2019.
...........

Huib van Olden die tenslotte het woord voerde, begon met ‘Erfgoed is springlevend’. Van Olden: 'Toen ik nog in de gemeenteraad zat werd op aandringen van toenmalig wethouder Roderick van de Mortel ruimte gegeven voor de uitgave.
Bert Pauli nam het van hem over en ik drong er bij hem op aan: 'Zorg dat dit boek er komt! ‘.
Ik volgde Pauli op. Ik dacht: ik blijf net zo lang wethouder totdat dit boek verschijnt, al is het over 40 jaar..! ,' zei Van Olden gekscherend. Daarop haalde hij een anekdote aan van een moment waarop het tracé van het Máximakanaal werd uitgestippeld. Op een gegeven moment haalde iemand met een schepje een musketkogel uit de grond. Dat was daar een historisch moment omdat we beseften dat met het verschijnen van zo’n oud Spaans wapentuig wij op een historische plek stonden, sprak Van Olden die altijd wel in is voor een grap.
Van Olden: ’We zouden in 2020, twee weken voor de start van de Vuelta, een archeoloog in Empel een Spaanse helm moeten laten opgraven..Dat zou iets voor de wereldpers kunnen zijn..’... .

Na afloop werden de auteurs / archeologen benaderd om in 'Stad op de schop' een handtekening te zetten. 

foto © paul kriele, 21 november 2019.
....................................................................
 

Na deze woorden was het tijd, zoals de ceremoniemeester archivaris Rob van de Laar aan kondigde 'voor iets nats..'. 
 


Terug naar boven