Mike v d Geld spreekt in zijn State of the Arts ook over de Kaaihal

Printerversie
Gepubliceerd op: 06-02-2019 | Gewijzigd op: 07-02-2019
State of the Arts van wethouder Mike van der Geld
Wethouder Mike van der Geld  [o.a. Cultuur en City Marketing] begon zijn State of the Arts*, vanavond  6 februari 2019 in de Verkadefabriek, dat hij empathie mist in de samenleving. Het zullen de sociale media zijn die hier aan bijdragen, hoewel je het bijvoeglijk naamwoord “sociaal”, in deze vaak beter kunt weglaten.
Want er zijn zeker uitzonderingen. Maar waar is de rem? Ik heb geleerd even tot tien te tellen als de emoties wat oplopen.
We trekken ons door de ontzuiling sowieso steeds minder aan van autoriteiten, in zekere zin moest ik hier altijd wel een beetje van glimlachen.
Nu ik in dit vak zit is het natuurlijk bloed irritant. Dit brengt echter wel teweeg dat we werkelijk alles in twijfel trekken. De hele ontwikkeling rondom fake news werkt niet bepaald aan mee.

Van der Geld staat achter een nieuw op te zetten evenementen/theaterhal [Kaaihal], maar dan wel voortkomend uit samenwerking.  zie verderop in dit artikel.

* De State of The Arts in  de Verkadefabriek is  een traditie die al van af 2004 [Roderick van de Mortel] is gestart en die door zijn opvolgers- behalve Huib van Olden- werd nagevolgd. Het is een rede aan de vertegenwoordigers van Bossche culturele instellingen. 
 
Mike van der Geld
wethouder voor onder meer Cultuur en Toerisme.


foto © paul kriele,  30 april  2017.
........................................................................................................................

Ook onder de klimaatsceptici heerst verwarring, toenemende onzekerheid. Vandaar stapt Van der Geld over naar de kunst en cultuur die in deze sferen  emotie kan voeden en nog beter emotie kan opvoeden.
Kunnen genieten van cultuur is daarom minstens cruciaal. Het is dus belangrijk dat veel mensen betrokken zijn bij cultuur.
Hier leiden vele wegen naar Rome. Allereerst is goede cultuureducatie en trapsgewijs cultuuraanbod van cruciaal belang.
Voor cultuureducatie is er nog een wereld te winnen voor een leven lang leren. Niet alleen voor de organisaties en professionals waarvan dit hun kerntaak is, maar juist ook voor alle andere professionals en organisaties die cultuureducatie niet als primaire focus hebben.
We kunnen veel meer kruisbestuiving laten ontstaan met de primaire spelers zoals Festival Cement, Babel en de Kunstacademie om er een paar te noemen.
En laten we daarbij vooral de amateurkunsten niet vergeten.
Als er naast de scholen een uitstekend podium bestaat om mensen in staat te stellen om cultuur met elkaar te delen dan zijn het de amateurkunsten. En ’s-Hertogenbosch heeft daarvoor alle ingrediënten in huis.
Ongeveer 1/3 van ons cultuurbudget gaat naar amateurkunst en cultuureducatie! zitten proberen we die zoveel mogelijk uit de weg te werken.

Ongeveer de helft van onze inwoners geeft aan cultureel actief te zijn.
57% geeft aan dat zij cultureel actiever willen zijn in ’s-Hertogenbosch.
Wat  zorgt ervoor dat zij cultureel actiever worden
1. Een cultureel aanbod dat beter aansluit bij mijn interesses
2. Een beter betaalbaar cultureel aanbod
3. Meer mensen om mij heen waarmee ik gezamenlijke culturele activiteiten kan ondernemen
4. Een betere vindbaarheid van het culturele aanbod

Daar waar het de vindbaarheid betreft ben ik erg benieuwd wat de Muziekschool 3.0 ons de komende jaren gaat brengen. Dit is geen muziekschool, maar een zoektocht naar iets nieuws. Dat platform wil zich minder laten voegen naar bestaande instituties of verenigingen.
Belangrijk is hierbij de voorkeuren van de meer diverse  samenleving  te  leren kennen.
Ook hier zouden een datastad en cultuurstad elkaar moeten kunnen vinden!

Ik ontkom er vanavond niet aan om ook een ogenschijnlijke tegenstelling en polarisatie in onze stad te benoemen. Die van cultuur en cultuurhistorie, zogenaamd nieuw en oud. Levende en dode cultuur.
Als je sommigen hierover hoort praten dan lijkt het alsof die twee niet met elkaar door één deur kunnen. Ik geloof daar niet in, in andere steden met eveneens mooi erfgoed moet men hartelijk lachen om deze tegenstelling. Ik zou dan ook liever zien dat de twee elkaar meer gaan versterken en de banden aanhalen. Omdat ieder genie, ieder talent voortbouwt op inspiratie uit het verleden.
De Willem Twee Studios zijn hiervan een perfect voorbeeld. Is dat cultuur of is het historie?
Om met Isaac Newton te spreken: „Als ik verder heb gezien dan anderen dan was dit doordat ik op de schouders van reuzen stond.”
Het doet me deugd dat ik die beweging vanuit de stad ook tot stand zie komen!

Vervolgens snijd Van der Geld de aspecten afstemming en verbinding aan. Daar valt nog wat te winnen. Om te beginnen bij de podiumkunsten en dan specifiek onze podia. En noemt als voorbeeld de nieuwe Kaaihal waardoor de samenwerking tussen het Theater aan de Parade en de Verkadefabriek tot stand is gekomen. Ik zou graag zien dat er ook in groter verband een samenwerking en afstemming binnen onze gemeente of de regio ontstaat als het gaat om de programmering op onze podia.

Waar het de Tramkade en de Kop van ’t Zand betreft zijn we overigens volop bezig met nadenken over de toekomst van dit prachtige gebied.
En natuurlijk kijken we hoe we alle puzzelstukjes daar zo goed mogelijk  kunnen leggen. Ook waar het gaat om de mogelijke nieuwe Kaaihal. De wethouder  noemt in dit verband ook de urban-scene.
We zijn op dit moment volop bezig samen met een ontwerpteam van de Rijksoverheid om scenario’s voor de toekomst voor dit gebied te schetsen vanuit de pijlers water, identiteit en verbindingen.

Eveneens een hartenkreet van mijn kant om meer werk te maken van digitale kunstvormen. Sluit aan bij de Bossche Dataweek!
Een vakgebied waar data en kunst bij elkaar komen en we eveneens in staat zijn nieuwe doelgroepen aan te spreken en we ook zèlf nieuwe invalshoeken meekrijgen om op door te bouwen.
Verbinden moeten wij overigens ook zelf, als gemeente. Zonder daarbij de intrinsieke waarde van cultuur uit het oog te verliezen is er nog heel veel te winnen door cultuur in verbinding te brengen met andere beleidsterreinen zoals welzijn, gezondheidszorg, economie en de fysieke leefomgeving.

Cultuurstad van het Zuiden
Samen met belangrijke culturele spelers maken we inmiddels werk van ’s-Hertogenbosch, Cultuurstad van het Zuiden.Wat hier nog meer belicht kan worden in onze stad is dat cultuur een grote economische waarde heeft. Het is een hardnekkig vooroordeel dat cultuur alleen maar geld kost en niets oplevert.
Voor een goed economisch en innovatief klimaat is een sterke culturele sector van cruciaal belang. Tegelijkertijd draagt het bij aan de publieke betrokkenheid van inwoners en bezoekers aan kunst en cultuur.

Ik ben dan ook erg trots dat jullie de gemeente hebben uitgedaagd om geld te matchen. 100.000 euro van de sector zelf en 100.000 euro van de kant van de gemeente, om Cultuurstad van het Zuiden te promoten. Goed voor de stad, goed voor de sector!

Het imago van het culturele leven in ’s-Hertogenbosch onder inwoners is de afgelopen jaren gelukkig al verbeterd.
71% vindt dat er veel kunst- en cultuuractiviteiten plaatsvinden.
Het aandeel laagopgeleid en ouderen dat het hiermee eens is, is de afgelopen jaren bovendien ook nog eens toegenomen.
Echter het aantal jongeren dat niet weet wat ze van het culturele leven in ’s-Hertogenbosch moet vinden is significant toegenomen (26% 2016 t.o.v. 9% 2014).

Het zal u niet ontgaan zijn dat we op dit moment druk doende zijn met het herijken van ons evenementenbeleid. Inzet van dit nieuwe beleid is dat duurzaamheid zwaarder gaat wegen.
We willen door programmering op andersoortige locaties toe te staan vernieuwing mogelijk maken en tegelijkertijd toenemende druk op de binnenstad niet te laten toenemen. Spreiding is hierbij essentieel. Eveneens zouden evenementenbeleid en citymarketing elkaar moeten versterken.

Ter afronding
Cultuur zet emotie in als instrument om vragen te stellen en elkaar te begrijpen. Dat proces zie je in de kern terug in de verhouding tussen de maker en het publiek.
Als cultuur die rol vervullen wil dan horen daar vragen bij over de relatie tussen publiek en cultuur. Het antwoord is niet altijd maar meer aanbod. Antwoorden moeten gaan over de manier waarop publiek, in alle diversiteit, aan cultuur wil en kan deelnemen.  
Dat begint met educatie, heeft een sterke sociale vanzelfsprekendheid bij amateurkunst maar het gaat ook over bijvoorbeeld kunst in de openbare ruimte, en over de promotie van de Cultuurstad van het Zuiden, ook naar de eigen inwoners. Cultuurorganisaties moeten hun (potentiële) publiek begrijpen maar er moet ook ruimte blijven voor eigenzinnigheid.

Een samenhangende infrastructuur is de basis om op door te bouwen. Daarin is nog veel winst te halen.

Ik kijk uit naar een mooie samenwerking de komende jaren!

 

Terug naar boven