Zoeken
In NbM: Expo van 'Papieren juweeltjes' van Provinciaal Genootschap
Printerversie |
Vanaf 4 november 2017 is de in 1976 gesplitste collectie van het Provinciaal Genootschap [*1837] voor een groot deel [boeken, kaarten foto's en prenten] in Het Noordbrabants Museum weer samengebracht met de toen in Den Bosch gebleven collectie [kunstwerken, historische objecten en tekeningen/prenten] te zien. 'Papieren Juweeltjes' is de titel van de meest bijzondere te exposeren werken op papier.
Het feit dat het Provinciaal Genootschap 180 jaar bestaat was aanleiding een deel van deze min of meer in de vergetelheid geraakte Bossche collecties te tonen.

Tentoongesteld worden:
onder meer tekeningen van Saenredam, zeldzame prenten naar ontwerp van Jeroen Bosch, Bruegel, en Rembrandt, kostbare handschriften, Brabantse stad-en dorpsgezichten, bouwwerken,verluchte manuscripten, en kalligrafische modellen.
Collectie van Provinciaal Genootschap
Onderdeel van de collectie zijn zo'n 15.000 foto's, prenten, kaarten, tekeningen en aquarellen plus 20.000 ansichtkaarten. De verzameling kaarten bevat veel unieke en bijzondere stukken. Ook bijna 1.000 handschriften en circa 2.000 oude brieven behoren tot de collectie. Bijzonder zijn de bijna 20.000 oude drukken van vóór 1851, waaronder een kerncollectie van 1.000 Brabantse drukken van vóór 1801
*In het BHIC [Citadel] liggen de oude charters. In Tilburg University gaat het om boeken, handschriften, kaarten, foto's en een groot deel van de prenten en tekeningen.
Het Noordbrabans Museum heeft de kunstwerken, hitaorische objecten en een deel van de prenten/tekeningen.

Korte geschiedenis [Wikipedia]
Het Provinciaal Genootschap van Kunsten en Wetenschappen in Noord-Brabant werd opgericht in 1836. Enkele oprichters waren Gouverneur van de provincie baron A.J.L.Van den Bogaerde van Terbrugge (zijn portret hangt in de gang van het museum) en dr. C.R. Hermans, rector van de Latijnse scholen in 's-Hertogenbosch.
De gemeente stelde in 1860 aan het Provinciaal Genootschap de bovenverdieping van de Boterhal op de Pensmarkt ter beschikking. In 1925 verhuisde het Genootschap naar de verbouwde Sint Jacobskerk in de Bethaniënstraat, waar ook het Centraal Museum, de voorloper van het Noordbrabants Museum, vorm kreeg.
In 1975 werden de kantoren van het Genootschap, de bibliotheek en het prentenkabinet aan de Parade ondergebracht, waarna de bibliotheek in 1988 verkocht werd aan de Universiteit van Tilburg.
In 1981 kreeg het museum de status van een stichting en verhuisde het in 1987 naar het gouvernementspaleis aan de Verwersstraat. Dat paleis is na een ingriipende verbouwing en aanbouw vanaf die tijd Het Noordbrabants Museum gaan heten.
Niet algemeen bekend is dat dankzij een onderonsje van de toenmalig musuemdirecteur Margriet van Boven met de toenmalige Commissaris der Koningin Jan van der Harten, oud journalist, de beschikking kreeg over dit feitelijk tot gouverneurshuis bestemd gebouw.
De aanstaande Commissaris der Koningin Dries van Agt keek wel erg teleurgesteld toen dat Paleis aan zijn neus voorbij ging. Later, na zijn politieke loopbaan en in de tijd [1987-1989] dat deze solistisch optredende politicus als Eurpees commissaris naar Japan vertrok, zou hij nog eens afgeven op Brabant.
Terug naar boven