Frank Houben te gast in Achter de Kan

Printerversie
Gepubliceerd op: 12-10-2009 | Gewijzigd op: 16-10-2009
Oud-Commissaris der Koningin Frank Houben was zondag 11 oktober 2009 te gast in de Zondagmiddagsalon van Galerie Achter de Kan.
De in Den Haag geboren oud-burgemeester van Luyksgestel en Etten-Leur, vertelde uit die periode enkele grappige anekdotes, maar het gesprek concentreerde zich op zijn tijd als Commissaris van Brabant.
Oud-hoofdredacteur van het Brabants Dagblad Tony van der Meulen bleef wel wat lang trekken om de achtergrond van die Brabantse mentaliteit bij een soms timide en meestal tactisch zijn woorden kiezende Houben boven water te krijgen. Brabanders zijn conflict mijdend, vaak oneerlijk en zeggen niet waar het op staat, legde spreker zijn gast voor.  'Ze doen niet moeilijk.' riep iemand uit de zaal. Maar Houben schilderde met de kenmerken van de Brabantse cultuur tevens die van de Brabander: 'kleurrijk, samenhang en gezellig'. 
De in de bossen van Vught wonende Houben moest uiteindelijk toegeven dat na een vergadering ook vaak bleek dat, ondanks aller instemming, men het toch niet altijd  eens was met de genomen besluiten. Om die mentalitieit door te krijgen dat schaarde Houben tot intuïtie die je je uiteindelijk eigen maakt.

Boven: gast van de zondagmiddagsalon oud-Commissaris der Koningin  Frank Houben en interviewer Tony van der Meulen.
Links: de Roemeense violist Hawar Davick.
foto's © paul kriele, 11 oktober 2009.

Van der Meulen vroegen Houben hoe hij had voorkomen dat dat hier de mentaliteit van de Randstad zou kunnen doordringen. Die vraag volgde uit een van  Houbens verdiensten die Cas de Quaij over hem in een vriendenboek.
 had beschreven.
Houben antwoordde, zoals steeds heel bescheiden, dat  het hem een klein beetje was gelukt juist op het gebied van de natuur en de landbouw dat de provincie niet volgebouwd zou worden. 'Dus ik heb de Randstad niet naar ons toegetrokken'. Maar er moet nog een revolutie komen willen we de aantasting van de 'kleine bossen' kunnen doen stoppen. Dat probleem is nog steeds niet opgelost. En dan de megastallen, daar is uiteindelijk het draagvlak niet meer voor,'  aldus Houben, die er op wees dat dergelijke ontwikkelingen invloed hebben op de volksgezondheid. 'Als de rapportages daarover naar buiten komen, dan zegt men: We hebben hier de grens bereikt.' 
Maar heel die Brabantse cultuur is overeind gebleven en is meer naar buiten gericht,' aldus Houben, 'maar ik ga me niet op den borst kloppen'.

anekdoten uit burgemeesterstijd
Houben die na zijn Haagse jeugd in Zeist naar de Middelbare school ging,  rechten studeerde  en nog een 'Masters in Administrationstudie' volgde in Pittsburg [VS], begon als loketambtenaar. ' Ík moest het vak leren', zegt hij verontschuldigend.
Zijn kennsmaking met die -echte -mensen was zijn eigen wethouder van de gemeente Luijksgestel, Piet Verspeek, een boer. Die op de eerste de beste dag tegen me zei: 'Menneke ge moet ôk leren koeien te melken om deel van de samenleving te worden..'. Ik en mijn vrouw hebben dat van hem geleerd. Dat was een doorbraak. Op den duur kon ik het wel..'.
Uit die tijd haalt Houben ook nog de anekdote aan over zijn rol als hoofd van de gemeenteraad. 'In Luyksgestel heb ik in de Gemeenteraad ingevoerd dat de publieke tribune, voordat een besluit genomen werd, inspraak kreeg. Nou dat heb ik geweten. Het besturen werd moeilijker, maar wel beter.'

Als burgemeester ben je bij alles betrokken. Ik opende van alles en de pastoor liep er al zegenend achteraan.
Zo vroeg men mij eens een café in Luyksgstel te openen. Maar dat zat die morgen al vol. Dus eerst moesten we het publiek er uit loodsen. De kroegbaas: 'Wil iedereen het café verlaten, want de burgemeester is gearriveerd voor de opening.'  Maar er bleef er eentje steevast zitten. Nou ja zitten, Houben bedoelt '..hing over de toog..'.
'We kregen hem er niet uit. Ik stapte op de man af en vroeg hem: Wilt u mee naar buiten gaan? Hij zei: Ik ben de  burgemeester van Arendonk [Dat was een gehucht naast Luyksgestel.].  Ik zei: Oké. Laten we dan samen  naar buiten gaan en samen die opening verrichten. .. Dat is alsnog een heel succesvolle ceremonie geworden.'



Terug naar boven