Zoeken
Blb stelt - in discussie -horecabeleid ook ivm overlast aan de kaak
Printerversie |
In de Algemene Ledenvergadering van de Blb op woensdag 20 juni 2012 in hotel Central, kwam aansluitend het nieuwe vestigingsbeleid voor horecazaken aan de orde dat door het nieuwe 'Bestemmingsplan Horeca' een grote verandering zal ondergaan. Ook volgde uit de zaal van Central veel kritiek op 'de handhaving' bij nachtelijke overlast in het uitgaansgebied. Dat laat veel te wensen over. Advocaat Mieke Geeraerts gaf goede adviezen wat dat betreft. Zij liet ook merken dat het nieuwe uitgaansgebied [door de gemeente horecaconcentratiegebied genoemd] geen enkele rechtsgeldigheid heeft.
Na de pauze van de Ledenvergadering besteedde de Blb aandacht aan het nieuwe 'Bestemmingsplan Horeca', dat waarschijnlijk komend najaar ingaat.
Blb-voorzitter Renée Spermon had drie specialisten uitgenodigd om beter inzicht in de materie van horeca, vergunningen en 'handhaving' te krijgen:
-Bernard Kuenen, voorzitter van de Bossche afdeling van Koninklijke Horeca Nederland,
-Mieke Geeraerts, vice-voorzitter Provinciale Staten en als advocaat gespecialiseerd in de materie van bestemmingsplannen
-wijkagent Binnenstad Dennis Idoe, die toelichtte hoe de politie omgaat met drugs-en alcoholgebruik en inzicht gaf over het handhavingsbeleid bij overlast.
Na afloop van de ALV van de Blb ontvingen de speciale gasten uit handen van de voorzitter van de Blb/wijkraad, Renée Spermon, een zoetig aandenken. Vlnr.: Spermon, Bernard Kuenen, Mieke Geeraerts en wijkagent binnenstad Dennis Idoe. foto © paul kriele, 20 juni 2012. |
![]() |
Bernard Kuenen van Sylva Ducis gaf eerst een inzicht in de situatie van de Bossche horeca met 500 zaken, waarvan 170 cafés en 200 restaurants. Van die 500 zijn er maar 190 bedrijven, ofwel 40% aangesloten bij de Koninklijke Horeca.
In die druk bezochte bijeenkomst stonden drie aspecten centraal: Het nieuwe horecaconcentratie gebied, dat een van de nieuwe onderdelen is van het nieuwe ‘Bestemmingsplan horeca’. Dat gebied, beter is te zeggen uitgaansgebied, beslaat de kern van de binnenstad. Binnen dat gebied kunnen zaken aan de burgemeester ontheffing vragen om tot 4 uur
's nachts open te mogen zijn. Daarbuiten is dat nauwelijks mogelijk en wordt dat slechts in zeer bijzondere gevallen verstrekt.
Tweede nieuwe aspect
Op de vraag van de voorzitter naar de juridische rechtskracht. Die is er niet, aldus Geeraets. Daarvoor moet je naar de - wat ook nieuw is in dat bestemmingsplan – de exploitatievergunning. Die kun je als een ballotagemiddel van de gemeente zien om nieuwe horecabazen met een bepaald verleden af te kunnen wijzen.
Maar dat bestemmingsplan, zo verwacht Geeraets, zal nog vele bezwaren oproepen, zodat de gemeente er de handen vol heeft om die af te werken. Dus dat wordt pas najaar 2012 voordat dat plan er door komt..
Derde nieuwe aspect : Nieuw toewijzingssyteem van horecazaken
In dat bestemmingsplan gaat het niet meer om straatgebonden verlening van een horecavergunning, maar een horecavergunning heeft voortaan betrekking op een pand. Dus incidenteel kan de gemeente per pand beoordelen om er een horecabestemming aan te geven. Die vergunning vervalt zodra de eigenaar vertrekt.
Toen bleek dat er volgens Geeraerts nog heel veel ‘zwevende vergunningen’ zijn, leidde dat bij voorzitter Spermon tot grote onrust.
Er zouden best kandidaten kunnen opdoemen, die voordat het nieuwe bestemmingsplan ingaat, van die ‘zwevende vergunningen gebruik gaan maken.
Voor horecabaas Bernard Kuenen valt dat nog wel mee.: ‘ ln deze economisch kritische tijd verwacht ik niet dat er nog nieuwe horecazaken bijkomen.’
Maar buiten dat was Kuenen erg positief. In Eindhoven staan de horecazaken er veel slechter voor. Daar beginnen ze zelfs al met een biertje voor een euro ! Dan staat de meest gastvrije stad Den Bosch er toch beter voor.
Als je dan weet dat ik aan een biertje nog geen 15 % [na aftrek van belastingen, huisvestings- en personeelskosten en inkoop] overhoud, dan verklaar ik ze daar voor gek,' aldus Kuenen, die de 70 aanwezigen attendeerde op de kosten die gestegen zijn, de langere openingstijden en ook het feit dat in de week de maandagen dinsdagen en woensdagen als uitgaansdagen nagenoeg zijn weggevallen.
comazuipen
Op de vraag van Renée Spermon hoe de politie omgaat met te jonge cafébezoekers, met comazuipen, indrinken en drugsgebruik, antwoordde wijkagent Idoe dat, als het om drugs of wat dan ook gaat, het niet de taak van de politie is om dat roer om te gooien. Ik zie het als een groeiproces dat zoon of dochter per see met die gebruiken mee willen doen.
Je wil ook niet weten hoe inventief een 15-jarige kan zijn om als 16-jarige toch een nachtclub weet binnen te komen.
Maar ik heb een periode in Uden gediend, dan valt het in verhouding in Den Bosch nog reuze mee.’
Nauwelijks handhaving
Een zwaar wegende element, dat in de zaal van Central meer malen hoorbaar was, bleek het slechte handhavingsbeleid tegen geluidsoverlast van horecazaken te zijn. Noch door de gemeente [’s nachts onbereikbaar en onvoldoende menskracht], noch door de politie. Daarop antwoordde de ‘Wijkagent binnenstad’ Dennis: ‘Technisch gezien kan een agent ’s nachts niet naar de decibels, isolatie en naar het deurbeleid vragen.’ Dat leidde tot de opmerking dat de politie wel kan registreren en haar bevindingen aan de gemeente kan rapporteren.
.
‘Ook kunnen burgers wanneer zij noch bij de gemeente noch bij de politie weerklank ervaren, zelf een bureau inschakelen en dat geluidsmetingen laat doen.‘
Dat advies kwam uiteraard van advocaat. Mieke Geeraets die er aan toe voegde dat ‘…deze metingen door een rechter worden erkend. Men dient die klacht natuurlijk schriftelijk bij de gemeente te melden. Die moet –na onderzoek – binnen 8 weken reageren,’ aldus Geeraerts.
De discussie over deze elementen werd na afloop in de bar van Central voortgezet.
Terug naar boven