Volksbuurt De Pijp als rosse buurt

Printerversie
Gepubliceerd op: 23-03-2000 | Gewijzigd op: 24-11-2011
Den Bosch kent al eeuwen prostitutie. Maar exacte gegevens zijn er pas van de achttiende eeuw. Zelfs met naam en toenaam staan ouwe Bossche hoeren in het dossier van het Stadsarchief genoteerd onder de databank: schurken en hoererij.
Zelf heb ik in de gemeenteraadsverslagen en jaaroverzichten van 1885-1900 gegevens aangetroffen over Bossche prostitutie.
In het Brabants Dagblad en het boek 'Ge kunt me nog meer vertelle...' is er eerder over gepubliceerd. Met het oog op het bordeelverbod, dat vanaf oktober 2000 bij wet is geregeld, komt dit thema hoererij ter sprake.
Bovendien werd op 2 juni 2000 - de Internationale Hoerendag - met een manifestatie in Berlijn gevierd..

Gepensioneerden hoeren
Op 1 october 2000 is de seksbranche gelegaliseerd. De bedoeling is de prostitutie in de hand te houden. Bijkomende factor is dat de hoeren in hun beroep wettelijk beschermd worden.
Het begon al met de FNV die de prostituees in haar bond opnam. Maar ook sociaal/maatschappelijke en juridische aspecten doen hun entree. Er zou al sprake zijn van gepensioneerde hoeren en WAO-ers....
De gemeenten die verantwoordelijk zijn voor deze branche, maken regels op en stellen een maximum aan het aantal bordelen die meestal niet in woonbuurten en dichtbij kerken en scholen gevestigd mogen zijn. Dat zijn immers de plaatsen waar de bordelen en de bezoekers 'overlast' kunnen veroorzaken. De nieuwe wetgeving biedt de gemeenten de mogelijkheid illegale bordelen aan te pakken en openbare prostitutie tegen te gaan.

Het effect voor de bordeelhouders is dat zij gelijkgeschakeld worden aan de horeca. Bijkomende consequentie is, dat de hoeren -indien zij van een eigen bedrijf sprake is, aan met de horeca parallel lopende sluitingstijden zijn gehouden.

Een kijkje in de Lange Tolbrugstraat gezien vanaf de Marktstraat. [Tekening Willy Esveld 1946].
 
Links vooraan stond de Rabobank en rechts staat nu de parkeergarage Burg. Loeffplein.De Pijp stond bekend om zijn logementen en bordelen waar de dames van lichte zeden hun beroep uitoefenden. De volksbuurt De Pijp verdween door sanering rond 1960.















Er lijkt een definitief einde te zijn gekomen aan de Bossche hoerenkotten. De akkoorden tussen de Gemeente en de woningstichting ‘De Kleine Meierij’ voor Hinthamereinde 17-19 en de aankoop door Stichting Wonen ‘s-Hertogenbosch van de laatste drie bordelen in de Schilderstraat van Hans van Meesen maken een eind aan de raamprostitutie in de stad.
De gemeente komt ‘De Kleine Meijerij’ financieel [200.000 gulden] tegemoet om tussen Hinthamereinde 17-19 [bordeel hoek Andriesstraatje] en de Oostwal [Bike Centre] woonprojecten te realiseren in combinatie met een winkel op Hinthamereinde 17-19.

Schildersstraat
SWH koopt voor 2,5 miljoen de vooraan in het steegje de Schilderstraat [nrs. 1,3,5 en 9] gelegen bordelen. Op die plek gaat SWH appartementen bouwen. Verderop [nrs.11,19,19A en 21] komt binnenkort een gelijksoortig renovatieproject in uitvoering. De nrs. 1,3 en 5 en 9 werden voorjaar 2008 aangepakt. Zayaz, voorheen SWH, is met een renovatieproject bezig.
Volgens bewoners en ondernemers van de Hinthamerstraat brachten die bordelen, de coffeeshop en het opvanghuis al de nodige overlast. Aan dat bezwaar lijkt nu tegemoet te worden gekomen.

Het bordeelverbod van oktober 2000 werkte op de -financiële- afhandeling als een katalysator.
De verdwenen bordelen in de Stoofstraat o.a. House of Lords en All Stars.
Vooraan de voormalige bordelen van I. van Creesburg.

 
De Schildersstraat met de bordelen op de nrs. 1,3,5 en 9 panden die [in] eigendom [waren] van Hans van Meesen, maar geëxploiteerd werden door Cor van der Steen.
-foto © gerard monté, 23 maart 2000.

de historie
Aart Vos zegt in zijn lezing Criminaliteit en Rechtspraak die hij onlangs voor de Boschboom hield, dat hoererij in voorgaande eeuwen werd toegestaan om verschillende redenen:

1.- bij een verbod gaat de prostitutie ondergronds en heb je er geen greep meer op
2.-de hoererij is een economisch verschijnsel
3.-in de periode 1650-1850 werden hoeren gezien als verleidsters/booswichten en de hoerenlopers als onnozele personen.

De overheid greep alleen in bij overlast. In die tijd was de politie niet echt goed georganiseerd, er heerste wel eens wantoestanden en het aantal manschappen was beperkt.
D Schildersstraat met de bordelen op de nrs. 1,3,5 en 9 panden die [in] eigendom [waren] van Hans van Meesen, maar geëxploiteerd werden door van der Steen.

Hoeren zaten veelal in herbergen, maar ook in privéhuizen: Weversplaats, Vughterdijk en in de Stoofstraat ! Hun klanten bevonden zich onder de militairen [officieren] en bij politici. De stad had vaak inkwartiering van militairen. Binnen de wallen zijn in 1742 vijf kazernes gebouwd, in elk ervan was een paar honderd man gelegerd.
De militairen van de Tolbrugkazerne vermaakten zich in de kroegen in de Lange Tolbrugstraat waar een 'soopje' werd geschonken. Ze amuseerden zich in de 'mot- en ravothuijsen'.
Dat heeft in ieder geval -steeds op eigentijdse wijze... geduurd tot 1892 toen de Tolbrugkazerne zijn functie verloor.

toen ook al een bordeelverbod

In 1840 zijn de bordelen- op voorstel van Burgemeester en Wethouders- geconcentreerd in de Lange Tolbrugstraat [!]. Elders in de stad volgt sluiting van de publieke huizen.
Op 5 juli 1844 stelt de gemeenteraad een reglement op de publieke huizen en publieke vrouwen vast.
Aanleiding van deze maatregelen was, dat tengevolge van een negenjarig staat van beleg de stad overvol was geraakt van soldaten en er een verminderd politietoezicht was. De naar vertier zoekende militairen bewerkstelligden een toename van het aantal publieke vrouwen. De bordelen tierden welig, overal in de stad werd 'gelegenheid geboden...'.

Deel II: de periode 1885-1900

Hoeren werkten veelal vanuit herbergen, maar ook in bordelen. Bekend zijn De Swaan en Lonte in de Stoofstraat, de Bijenkorf op de Vughterdijk, de Knollenhut nabij de Tolbrug en Sasburg op de Kuipertjeswal. Ook wordt het pand De Drie Vijzels, voorheen Trianon en tegenwoordig het rechter pand van Pearl, genoemd

Interessant is, dat de gemeente herhaaldelijk gezondheidsinspecties laat uitvoeren.In 1881 was politieagent F.W. Dubois belast met het toezicht op én de ontsmetting van de logementen waarvan de publieke vrouwen gebruik maakten. Heelkundig onderzoek gebeurt soms in de publieke huizen zelf, maar meer technische controles moeten natuurlijk door een specialist [heemkundige] in het ziekenhuis gebeuren. Het probleem was dat de r.k. nonnen van het Groot Gasthuis bezwaar maakten dergelijke patienten te moeten behandelen. Als oplossing werd er daarom een houten barak in de tuin aan de Tolbrugstraat gebouwd waar de inspecties konden plaatsvinden.

Het was met name het militair gezag dat aandringt op een periodieke inspectie van de door veelal militairen bezochte dames. De rubriek gezondheid van de gemeenterapporten uit de jaren tachtig van de negentiende eeuw geven uitvoerig inzage in het aantal inspecties en publiceren cijfers over de lijderessen aan ulcera syphylitica en gonorrhoea

En eindelijk brak de morgen aan, dat ik naar kamer twee zou gaan.
De dame was allang present en zei: Kom hier m'n lekkere vent.
Met een kus toen maakte zij een begin, douwt hier ouw oedejeejer maar eens in.
Toen ik 's avonds naar huis wou gaan was m'n ring, m'n ketting en m'n portefeuille naar de maan.

Couplet uit liedje gezongen daar Jo Verharen. [Bron: Ge kunt me nog meer vertelle... 1992]

Rond 1900 stonden de Pijp en de Vughterdijk bekend als plaatsen waar prostitutie voorkwam.In de zijstraatjes van het tweede deel van de huidige Vughterstraat praktiseerden dames van lichte zeden in bovenhuizen. In de Pijp werd geanimeerd in de logementen en herbergen zoals De Witte Ballon en de Canadees. De klanten werden meegenomen naar de woningen van de dames, of naar de peeskamertjes op de bovenverdieping van het logement.
Als bordeelhoudsters stonden in de jaren 1885-1896 geregistreerd: Wilhelmina van Santen, bijzit van Johan Hoebens, Joannes Komp,. Beth Wings, Ria Heyting en Catrien Smits. Meestal hadden de exploitanten 5-6 hoeren op kamers zitten. Frida Mulder-Van Engelen had behalve zes hoeren inwonend ook nog een tweeling te onderhouden. De weduwe was naaister van beroep.
De namen Smits en Van Santen komen in 1928 nog voor in het bevolkingsregister. Maar dat wil niet zeggen dat de vrouwen in Den Bosch geboren waren, meestal kwamen zij van de Veluwe of het Noorden van het land en waren zij niet rooms katholiek.

Deel III: het tijdvak 1930-1950

Rond de bevrijdingsfeesten van de Rue de la Pipe in 1946 schreef Piet Hendrix senior over de verdachte huizen van plezier.
Vermaard en soms berucht waren: Café Madame Lyda, de Rotterdamse Anna, In de Knolraap.
In het café van Bèt van Putten hing de spreuk: Deze bloem die gij hier ziet, zal u niet vermaken. Doch kom hier binnen en proef het bier, dat zal u heerlijk smaken.
Café De Eindhovense Jaon had een reputatie dankzij de Rubensachtige buffetjuffrouwen: Jans Klomp, Sijntje Knots en Koosje Kus, die wijd en zijd bekend stonden.
De café's in de Pijp sloten om half een 's nachts. Schrijver regisseur Kees Spierings vertelt in een van zijn boekjes: Wij waren nog stadje, dat het publiek daarna afzakte naar Palais Oriëntal, een maison clos. Men kon daar regelmatig de sjiek geklede dames met breed gerande hoeden gesierd met veren, de parasols opgestoken, in de open calèches zien instappen, wanneer zij zich naar de periodieke keuring begaven.

Deel IV. de recente prostitutie: van tippelaarsters tot straatverbod.

In de jaren zestig en zeventig stond de Mayweg bekend als de tippelzone van Den Bosch. Auto's reden daar op en neer, automobilisten keken uit naar een geschikte kandidaat voor een avonture d'amour. De polder de Gement werd vaak als afwerkplaats benut. De onrust op de Mayweg was tot ergernis van de bewoners en van het plaatselijk gezag. Pas onder burgemeester Van Zwieten [bestuursfunctie 1978-1989] kwam er een tippelverbod. Maar het kwaad stak uiteraard elders weer de kop op.
De pooiers hadden hun oog laten vallen op de Parallelweg, een veel rustiger woonstraat met alleen bedrijfsgebouwen en toch doorgaand verkeer. Die situatie maakte het interessant als standplaats voor de tippelaarsters. Toen ruim tien jaar geleden [1988] een opknapbeurt van De Wolfsdonken in zicht kwam- van een Paleiskwartier was nog geen sprake- eisten de directeuren dat het verschijnsel prostitutie uit het gebied zou worden geëlimineerd.
Een schietpartij op de Parallelweg -de tweede kort achter elkaar- was in 1989 voor wethouder Geert Verkuylen aanleiding de gedoogsituatie op te schorten. Elkaar beconcurrerende pooiers uit Eindhoven en Utrecht maakten elkaar letterlijk het leven zuur. Maar de maatregel van de gemeente was juridisch onjuist.

Maar toch .... nadat 'overtredende' dames enkele malen op de bon werden geslingerd, is na 1990 de Parallelweg als tippelzone stilletjes uit beeld geraakt.

Na het aantreden van Don Burgers als opvolger van Van Zwieten, verdween het verschijnsel van de tippelaarsters in het Bossche straatbeeld voorgoed. De CDA-er Burgers, een voormalige Nijmeegse politie-inspecteur, sprak zich duidelijk uit tegen het verschijnsel prostitutie. Met het zicht op een nieuw bedrijfsterrein, had de burgemeester zich aan de ondernemers van de Wolfsdonken verplicht daadwerkelijk maatregelen te nemen.
In dit kader is beperkt op het verschijnsel ingegaan. Daardoor zijn andere bordelen zoals in de Koestraat, op de Antoon der Kinderenlaan en op het Muntelbolwerk niet aan bod gekomen.

Zicht op bouw in Stoofstraat/Snellestraat
Aannemer Drijvers heeft lang moeten wachten op een beslissing over de [ver-]bouw van de Café De Stoof, House of Lords en The Stars in de Stoofstraat. Die panden zijn momenteel gekraakt.

De achterzijde van de Stoofstraat tijdens de grootscheepse verbouwing/ nieuwbouw op locatie Snellestraat.Stoofstraat.

foto ©  gerard monté, 26 mei 2005.

Lopende de procedure maakten eerst omwonenden bezwaar tegen het bouwplan waartoe ook een winkel en appartementen in de Snellestraat behoort. Daarop kon de welstandscommissie maar geen oordeel vellen en werd de aanvrager van het kastje naar de muur gestuurd. Nu belooft het College van B&W binnen drie weken een eindoordeel over het plan te vellen.
Intussen heeft Drijvers bij de gemeente bezwaar ingediend tegen het uitblijven van een fiat voor de bouw. Dat bezwaar ging vergezeld van een schadeclaim.
Recent maakte woordvoerder André Bongers bekend dat vrijdag 19 januari 2001 aannemer Tiny Drijvers een gesprek heeft met wethouder Frank van Beers. [wordt vervolgd]

Meer info over de faseb van het bouwproject Stoofstraat en ook op de pagina HansvanMeesen als voormalig eigenaar van de pandjes in de Schildersstraat
--------------------------------------------

bronnen: Aart Vos medewerker stadsarchief, Kroniek van 's-Hertogenbosch Drukkerij Hecht., Nieuwsbrief Bastion Oranje, Boek: Ge kunt me nog meer vertelle.. .



Terug naar boven